Wat is de Uniedatabase (UDB)?
De EU-database is een bewijsregister in de biobrandstofsector, dat is opgezet en wordt beheerd door de EU-Commissie. Het is bedoeld om een betere traceerbaarheid van gasvormige en vloeibare (bio)brandstoffen mogelijk te maken. Dit is bedoeld om dubbeltellingen en dubbele marketing van duurzaamheidseigenschappen te voorkomen. De broeikasgasreductie van een bio-energiehoeveelheid telt mee voor het Duitse biobrandstoffenquotum en het EU ETS. De oprichting en werking van de EU-database vermindert het risico op fraude. Door de biomassa te registreren voorkomt de EU-database dat grote hoeveelheden palmolie in andere EU-landen ten onrechte als biodiesel worden gedeclareerd. De koppeling met biomassa moet voor deze hoeveelheden beschikbaar zijn in de UDB.
Oprichting van de EU-databank in overeenstemming met RED II
Artikel 28, leden 2 en 4, van de richtlijn hernieuwbare energie (RED II) regelt de oprichting en werking van de databank van de Unie. De Commissie zet een EU-databank op waarmee vloeibare en gasvormige transportbrandstoffen kunnen worden getraceerd en kunnen worden meegeteld in de teller overeenkomstig artikel 27, lid 1, onder b).
Of in aanmerking worden genomen voor de toepassing van artikel 29, lid 1, eerste alinea. De lidstaten verplichten de betrokken marktpartijen om in die gegevensbank informatie te verstrekken over de uitgevoerde transacties en de duurzaamheidskenmerken van die brandstoffen. Dit omvat hun broeikasgasemissies gedurende hun levenscyclus, van de plaats van productie tot de brandstofleverancier die ze in de handel brengt. De lidstaten kunnen een nationale databank opzetten die gekoppeld is aan de databank van de Unie. Zij moeten ervoor zorgen dat de ingevoerde gegevens onmiddellijk tussen de databanken worden overgedragen".
Wie moet gegevens in de UDB opslaan en gebruiken?
In overeenstemming met RED II moet de UDB Transportsector Alle gasvormige en vloeibare brandstoffen komen aan bod. Hieronder vallen biobrandstoffen, vloeibare biomassa en duurzame gassen. Hieronder vallen biomethaan en waterstof. Daarnaast worden hernieuwbare brandstoffen van niet-biologische oorsprong (RFNBOs) en gerecyclede koolstofbrandstoffen zijn inbegrepen. Vanaf RED III zal het toepassingsgebied worden uitgebreid naar de biomassasector. Deze zal dan worden gebruikt voor de productie van warmte/koeling en elektriciteit en zal dan ook de EU-database omvatten.
Toepassingsgebied van de UDB
Aangezien het toepassingsgebied van de UDB niet beperkt is tot de laatste interface, zoals bijvoorbeeld het geval is bij Nabisy, is de kring van gebruikers navenant groter. Momenteel moeten alle marktdeelnemers in de waardeketen voor biobrandstoffen gegevens registreren en opslaan vanaf het inzamelpunt van de biomassa. Dit betekent dat elke handelaar in biomassa die biomassa zoals kuilmaïs, gier/mest of huishoudelijk afval inzamelt, zich moet registreren in de database van de Unie. De plaatsen van herkomst van biomassa, zoals boerderijen of restaurants in het geval van keukenafval, zijn momenteel vrijgesteld. Zij moeten echter nog steeds hun eigen verklaringen indienen in het vereiste systeem, zoals REDcert-EU, ISCC-EU, ZEKER, BetterBiomass of anderen aan de verzamelaar van de biomassa.
Biomassa in de UDB
De biomassaverzamelaar voert deze biomassa vervolgens in de UDB in als "Transactie van de koper op de plaats van oorsprong" met de bijbehorende duurzaamheidseigenschappen. Het eerste verzamelpunt/de eerste inzamelaar van de biomassa kan de biomassa vervolgens doorgeven aan een andere marktdeelnemer, bijvoorbeeld een biogasinstallatie. Inzamelaars moeten de overdracht/transactie registreren in de UDB binnen 72 uur verslag. Omzettingen van biomassa moeten ook worden geregistreerd. In het geval van biomethaan kan dit bijvoorbeeld biogasproductie zijn, waarbij biogas wordt geproduceerd uit een hoeveelheid biomassa zoals droge kippenmest.
Verschillende benamingen van biomassa in de registers
De truc is dat er verschillende biomassa-aanduidingen zijn in de verschillende registers en systemen. Bijvoorbeeld de UDB momenteel in het geval van mest "Mest", "Mest met organisch afval" en "Mest met organisch afval en energiegewassen". De Materiaallijst ISCC erkent daarentegen alleen "Mest". Registers zoals Nabisy houden in hun biomassacodes niet alleen rekening met het bronmateriaal, maar ook met het productieproces. Deze codes houden er rekening mee of er verbranding van afvalgas heeft plaatsgevonden en of er een gesloten opslagfaciliteit voor gistingsresidu's is. Er zijn bijvoorbeeld 4 verschillende codes voor biomethaan uit vloeibare mest, die ook rekening houden met: "Biomethaan uit vloeibare mest (alle diersoorten); gesloten opslag van gistingsresidu's; verbranding van afvalgas".
Wat zijn de eerste stappen met de UDB?
De eerste stap met de UDB voor alle marktdeelnemers is de registratie van Eerste voorraden. Volgens de UDB-documentatie is dit vanaf 1 januari 2024 verplicht voor alle marktdeelnemers. Gebruikers moeten eerst alle leveranciers aanmaken. Vervolgens kan de gebruiker naar "Invoer van beginvoorraden" gaan:
Onder "Oorspronkelijke voorraad invoeren" voeren gebruikers de voorraad in voor een biomassa of voor tussenproducten zoals biogas en eindproducten zoals biomethaan.
Als de marktdeelnemer op deze knop klikt, wordt er een menu geopend. Hier voeren gebruikers gegevens in met betrekking tot biomassa en PvE-gegevens.
Omdat er momenteel geen manier is om verkeerd ingevoerde biomassa's te corrigeren na definitieve opslag, moet er voorzichtig worden omgegaan met het invoeren van gegevens.
We helpen je graag met al je vragen over UDB-administratie, de berekening van broeikasgaswaarden en massabalancering.